In het vijfde en laatste ADKS-resultatenrapport onderzoeken wij de opvattingen over de democratische rechtsstaat van jongeren in de vijfde en zesde klas van de middelbare school. Het huidige rapport wijkt af van de vier eerdere rapporten, en dat is niet zonder reden. Onze panelleerlingen op het vmbo hebben de middelbare school na het vierde jaar verlaten, waardoor dit rapport zich voornamelijk richt op havoleerlingen (tot en met jaar 5) en vwo-leerlingen (tot en met jaar 6). Om zes jaar aan dataverzameling af te sluiten, brengen we in dit rapport de volledige ontwikkeling van alle leerlingen van jaar 1 tot en met jaar 6 in kaart.
Nu het project zijn eindfase bereikt, is het tijd om de balans op te maken. Drie overkoepelende conclusies vatten de belangrijkste resultaten van het onderzoek samen. Ten eerste zien we dat leerlingen gedurende de gehele middelbareschooltijd een sterke hechting aan de representatieve democratie vertonen. Deze steun voor de vertegenwoordigende democratie als bestuursvorm wordt tevens sterker naarmate leerlingen ouder worden. Tegelijkertijd laten de resultaten zien dat leerlingen bestuur door één sterke leider en begrenzingen van het huidige stemrecht in toenemende mate afwijzen, terwijl ze ruime steun betuigen aan de vrijheid van meningsuiting.
Dit betekent echter niet dat alle jongeren zich in gelijke mate betrokken voelen bij de politiek. Onze tweede overkoepelende conclusie luidt daarom ook dat er op het gebied van politieke betrokkenheid aanzienlijke verschillen bestaan tussen groepen leerlingen op basis van opleidingsniveau. Zo voelen leerlingen op het vmbo zich consistent minder gehoord door de politiek, hebben zij aanhoudend minder vertrouwen in ambtsdragers en zijn zij minder geneigd in de toekomst te gaan stemmen dan havo- en vwo-leerlingen. Doordat deze ongelijkheden al in de brugklas zichtbaar zijn en gedurende de jaren nauwelijks afnemen, suggereren de bevindingen dat scholen slechts een beperkte rol spelen in het verkleinen van deze verschillen. Dit impliceert dat we ons zullen moeten wenden tot het proces van politieke socialisatie dat zich buiten het klaslokaal voltrekt als we vergelijkbare verschillen op basis van opleidingsniveau onder volwassenen beter willen begrijpen.
Waar ongelijkheden tussen groepen leerlingen constant blijven, doen de opvattingen dit zelf zeker niet. Ten derde laten onze resultaten zien dat jongeren op de middelbare school steeds meer politiek volwassen worden. Bij de meeste opvattingen is er over de gehele linie sprake van een duidelijke leercurve. Leerlingen worden er gaandeweg steeds beter in om hun houdingen af te stemmen op politieke ontwikkelingen en hebben op latere leeftijd sterker het idee dat ze de politiek begrijpen. Daarnaast kunnen zij steeds beter voor zichzelf bepalen welke democratische waarden zij het belangrijkst vinden.
Het volledige rapport is gratis te downloaden en vindt u hier.
Tot slot willen wij graag alle deelnemende leerlingen en scholen, evenals alle betrokken onderzoekers, studentassistenten en samenwerkingspartners bedanken voor het mogelijk maken van dit onderzoeksproject.